Kimberly is twaalf jaar en zit in de brugklas.
Je moeder krijgt bijstand. Wat merk je daarvan?
Mijn moeder is nogal gestrest soms. Maar ik merk er niet veel van, ik zit meestal tot laat op school en ben bijna alleen de avonden thuis.
Waarom denk je dat ze gestrest is?
Omdat ze nooit genoeg geld heeft.
Wat merk jij daarvan?
Als ik iets wil halen kan het meestal niet. Bijvoorbeeld als ik schoenen wil halen van 70 euro mag dat niet.
Waar merk je het nog meer aan?
Meestal is ze wel gewoon normaal, maar soms ziet ze het niet meer zitten.
Weet je hoeveel geld jullie te besteden hebben?
Nee, dat weet ik niet precies. Soms krijg ik best veel, bijvoorbeeld als ze net geld gekregen heeft.
Krijg je zakgeld?
Niet meer, omdat we er altijd direct snoep van kochten. Ik kreeg drie euro per week.
En dat vond je moeder geen goed idee?
Nee, en eigenlijk vond ik het zelf ook niet zo’n goed idee. Maar mijn broer ging altijd en dan ging ik met ‘m mee.
Waarom vond je het zelf geen goed idee?
Omdat je beter kunt sparen voor iets. Dat deed ik nooit.
Waar zou je voor willen sparen?
Nou voor die schoenen, of voor leuke kleren.
Vind je het erg dat je geen zakgeld meer krijgt?
Nee, want ik krijg geld als ik iets wil kopen. Deze week ga ik haarverf kopen, en ik mag ook heel vaak kleren halen.
Waar koop je die kleren?
In verschillende winkels in de stad. Bijvoorbeeld H&M of New Yorker. Als ik geld heb ga ik in allerlei winkels kijken.
Koop je wel eens merkkleding?
Ik heb niet echt iets met merkkleding, meestal haal ik gewoon kleren die ik mooi vind, maar soms wel, dan wil ik echt iets cools hebben.
Hoe vinden de kinderen in je klas dat?
Dat interesseert me niets. Ik zeg altijd; ik hoef geen merkkleding. Ik koop gewoon wat mij lekker zit.
Hoe komt het dat jij zo bent?
Omdat het bij ons altijd zo gaat. Ik heb wel een paar dingen van een merk, maar ik heb er niet echt iets mee.
Wat doe je als andere kinderen iets over je kleren zeggen?
Soms zeg ik iets van; ‘nou jij trekt wel volle zalen’, dat leer ik van mijn moeder. Maar meestal negeer ik ze, ik schaam me niet voor mijn kleren. Maar mijn klas is ook niet zo, ze vinden alles leuk wat je hebt. We hebben een hele goede band met elkaar en zijn echt hele goeie vrienden. Ik heb meer jongensvrienden, maar in onze klas zitten ook zestien jongens en acht meisjes.
Heb je een baantje?
Nee, maar ik heb het er ook te druk mee. Ik heb tot laat school en ik voetbal bij FC Buitenveldert. Maandag en woensdag train ik.
Zou je wel meer geld willen hebben?
Als ik wat ouder ben wil ik wel een baantje, maar nu ben ik aan het sparen met twee vriendinnen van me, voor een muziekstudio die ik op de zolder wil maken. En daar heb ik meer dan 1000 euro voor nodig. Dus dat gaat wel lang duren. We hebben een pot waar we steeds een deel van het geld wat we krijgen in doen. Maar nu heb ik het geld wat ik krijg hard nodig, en er zijn ook nog twee vriendinnen van me jarig.
Wat geef je een vriendin als ze jarig is?
Meestal geld, en nog een klein cadeautje erbij. Mijn twee beste vriendinnen geef ik meestal vijftien of twintig euro. En andere vriendinnen tien euro. Van mijn moeder krijg ik dan wel geld.
En wat moet er in die studio komen?
Heel veel; een laptop en microfoons en dat soort dingen.
Maak je nu al muziek?
Ik schrijf soms wel liedjes met vriendinnen. We wilden dit jaar meedoen aan The Voice Kids, maar we moesten wachten, en nu gaan we volgend jaar waarschijnlijk meedoen.
Je woont in een buurt met best rijke kinderen. Hoe vind je dat?
Dat maakt me niet zoveel uit. Ik ben blij voor ze, dat ze het zo goed hebben.
Ik ben blij met wat ik nu heb. Het had nog veel erger kunnen zijn. Dat we het huis uit zouden moeten of zo.
Heb je het er wel eens over met ze?
Nee, want ik ben niet echt meer bezig met de straat. Ik had vriendinnen maar die zijn iets ouder en zitten op een andere school. Vroeger had ik best wel een goeie band met ze. Ik ben meestal met mijn eigen vriendinnen van school.
Vind je dat jammer?
Nee eigenlijk niet. Mijn beste vriendin komt bijna iedere dag bij mij.
Zeiden ze vroeger in de straat wel eens tegen je dat je arm bent?
Niet tegen mij, maar wel tegen mijn broer. Omdat hij heel veel buiten is noemen ze hem zwerver. Dat vind ik best raar. Maar ze hebben nog nooit iets tegen mij gezegd.
Je moeder vertelde dat jullie haar soms ‘stom’ noemen omdat ze geen geld heeft.
Als ze mij geen geld geeft, ben ik daar soms wel eens chagrijnig van. Als ik iets heel graag had willen kopen, bijvoorbeeld in de sale of zo, en het mocht niet, dan was ik soms wel een beetje boos. Maar dat blijf ik niet lang. Soms leen ik dan geld van anderen.
Hoeveel leen je dan?
Ik heb een keer 80 euro geleend. Maar ik had dat meisje 15 euro geleend, dus ik hoefde naar 65 euro terug te betalen. Toen heeft mijn moeder dat weer aan hen teruggegeven.
Lenen kinderen in jouw klas van elkaar?
Ja, bijna elke dag. We lenen heel veel van elkaar. Bijvoorbeeld om eten te halen in de kantine. Ik heb best vaak geld voor de kantine en dan komt iedereen naar me toe om te lenen. Maar dat vind ik niet erg, want dan heb ik later weer geld als ik geen eten heb. En ik heb altijd eten mee. Ik eet het altijd op, want ik heb na school vaak trek.
Zeggen kinderen wel eens tegen elkaar: je moet me nu geld geven?
Ja, bij mijn broer was dat een keertje. Iemand ging in zijn tas kijken of hij geld had.
Wat doe je in je vrije tijd?
Ik ga vaak naar de bioscoop, soms blijven vriendinnen bij me slapen of ik bij hen. Ik heb bijna elke dag wel wat te doen.
Hoe kom je aan geld voor de bioscoop?
Dat krijg ik van mijn moeder.
Zijn er in de buurt ook leuke dingen die geen geld kosten?
Eigenlijk niet. Ik ga niet een beetje rondlopen of zo.
Je moeder vertelde dat ze maar 10 euro per dag heeft om van te eten. Wat eten jullie dan?
Soms maakt ze soep. Ze kookt best wel gewoon, maar soms heeft ze geen zin om te koken en dan gaan we naar de snackbar of dan bestellen we iets.
Hoe vaak per week gaan jullie naar de snackbar?
Niet zo vaak vind ik. Gisteren ging mijn moeder maar ik niet. Ik had koorts, en ik heb alleen ijs gegeten. Ik had het zo warm.
Als je een prijs in de loterij zou winnen, wat zou je het eerste doen?
Ik zou met mijn moeder en broer op vakantie gaan. Of ik zou het bewaren.
Gaan jullie vaak op vakantie?
Nee, ik ben nog nooit op vakantie geweest naar een warm land, alleen met een vriendin naar Duitsland, haar vader is Duits.
Vind je dat je rijk, er tussen in of arm bent?
Ik vind mezelf niet arm, want ik krijg best vaak geld om kleren te kopen of zo, maar ik ben ook niet echt rijk. Ik zit er tussen in.
Ken je kinderen in dezelfde omstandigheden als jij?
Ja, mijn ene beste vriendin heeft dat ook. Die krijgt ook geen zakgeld en gaat op nooit op vakantie. Maar ze heeft wel nog een vader die ergens anders woont. Mijn andere beste vriendin is ook niet heel rijk, maar die gaat wel op vakantie.
Zorgt die vader nog een beetje mee?
Ja, ze gaat er af en toe heen en zo.
Heb jij een vader?
Ja, maar ik heb hem nog nooit gezien. Hij wil niks met ons te maken hebben.
Wat vind je daarvan?
Ik hoef hem ook niet te zien. Hij zei dat mijn moeder mij weg moest laten halen.
Zou je een vader willen hebben?
Ik zou het wel leuk vinden als ik een vader had die me voetbal kon leren of zo. Maar mis het niet, want ik ben er niet mee opgegroeid. Mijn moeder heeft niks met voetbal.
Hou je van sport?
Ja, ik zit ook in de sportklas. Daar doen we heel veel sport. Volgende week hebben we een voetbaltoernooi.
Wat zou je nu kopen als je geld had?
Ik zou het bewaren. Ik koop bijna nooit meer snoep. Alleen als ik in een snoep bui zit en iets zoets moet eten.
Pieker je wel eens over jullie situatie?
Nee, eigenlijk niet. Mijn moeder is nu met een cursus bezig en gaat ook weer geld verdienen.
Is ze nu minder thuis?
Ze is veel weg, en ze gaat ook naar sporten. Maar dat vind ik niet erg. Als ik ruzie heb met mijn broertje is dat wel irritant.
Als je wat meer tijd hebt en wat ouder bent, neem je dan een baantje?
Ik weet het niet, ik heb niet echt iets met werken. Ik wil later wel met een vriendin in een kledingwinkel van haar familie gaan werken.
Weet je al wat je later wil worden?
Nee, daar ben ik nog niet echt mee bezig.
Hebben jij en je vriendinnen het over geld?
Ja, we hebben een meisje in de klas dat heel rijk is en heel vaak met vakantie gaat. Ze zegt dat haar moeder helemaal geen geld heeft en dat ze helemaal niet rijk zijn. En dan zeggen wij tegen elkaar dat ze echt heel erg verwend is.
Ben je dan jaloers?
Soms denk ik; dat zou ik ook wel willen. Maar ik ben niet heel jaloers want dan denk ik; later kan ik het altijd nog doen. Als ik zelf goed geld verdien.
Denk je dat je later veel geld gaat verdienen?
Ik ga er wel mijn best voor doen. Ik wil graag geld hebben. Maar ik droom er niet van.
Ben je gelukkig?
Ja, ik heb het altijd leuk en ook al heb ik weinig geld, ik kan alles doen.